Hoofdwerk :
Prestant 16’
Bourdon 16’ (disc.)
Prestant 8’
Holpijp 8’
Octaaf 4’
Roerfluit 4’
Quint 2 2/3’
Octaaf 2’
Cornet III sterk (disc.)
Mixtuur II - III sterk
Trompet 8’ (bas+disc.) |
Bovenwerk:
Viola di Gamba 8’
Salicionaal 8’
Roerfluit 8’
Flauto traverso 4’
Salicet 4’
Quintfluit 2 2/3’
Gemshoorn 2’
Klarinet 8’ (doorslaande tongen)
Tremulant
|
Pedaal:
aangehangen |
Het orgel werd gedemonteerd en opgeslagen in de
werkplaats van de orgelbouwer Pels (toen) te Alkmaar. De Oude Herv.
kerk van Ede was dringend aan een grote restauratie toe, ook het
bestaande ‘Schwartze’ orgel -gebouwd in 1842- was rijp voor de
sloop. De kerkvoogdij besloot in 1963 tot aankoop van dit orgel.
De verplaatsing, restauratie en belangrijke uitbreiding tot 31
stemmen werd uitgevoerd door orgelbouwer Pels, onder advies van
Feike Asma. Er werd een zelfstandig pedaal aangebracht met 9 stemmen,
waarbij de Prestant 16’ afkomstig van het hoofdwerk als basis dient.
Het pedaalwerk werd dwars aangebracht achter de linker front-toren.
Dit naar het voorbeeld van een soortgelijk door Van Dam gebouwd
orgel, voor de hervormde kerk van Schagen. Ook werd op het bovenwerk
een aparte lade aangebracht welke werd voorzien van 3 tongwerken.
Het gehele register- en speelmechaniek werd vernieuwd, alsmede de
speeltafel en klavieren. Na bijna 100 jaar begon het orgel in 1967
in Ede's Oude kerk een nieuw leven. Op 18 december 1967 werd het (opnieuw)
in gebruik genomen met een concert door Wim van der Panne.
Het orgel kreeg toen de volgende dispositie:
Hoofdwerk : C-g’’’
Quintadeen 16’ (disc.)
Prestant 8’
Holpijp 8’
Octaaf 4’
Roerfluit 4’
Quint 2 2/3’
Octaaf 2’
Cornet III sterk
Tertiaan II sterk
Mixtuur IV-VI sterk 1 1/3’
Trompet 8’ (bas+disc.)
Tremulant |
Bovenwerk: C-g’’’
Prestant 8’
Salicionaal 8’
Roerfluit 8’
Prestant 4’
Nachthoorn 4’
Gemshoorn 2’
Nasard 1 1/3'
Scherp III-IV sterk 1’
Fagot 16’
Dulciaan 8’
Trompet 4’
Tremulant
|
Pedaal: C-f ‘
Prestant 16’
Subbas 16’
Octaaf 8’
Roerquint 5 1/3'
Octaaf 4’
Mixtuur III-V sterk 2 2/3’
Bazuin 16’
Trompet 8’
Klaroen 4’
|
Koppelingen:
HW + BW
Ped. + HW
Ped. + BW |
Na ruim een halve eeuw was het orgel aan renovatie
toe. De Hervormde Gemeente Ede verzocht Cees van der Poel (Commissie
Orgelzaken PKN) een herstelplan te maken en gunde de uitvoering van
het werk aan de Gebr. Van Vulpen (Utrecht). Begin september 2020
werd met de renovatie gestart. De werkzaamheden betroffen de
orgelkas, de windvoorziening, de windladen en het pijpwerk. Het
orgel kreeg een nieuwe magazijnbalg in plaats van de ladebalgen van
1967 en de windladen zijn ontdaan van het verende sleepsysteem uit
hetzelfde jaar. Een belangrijk element uit het concept van Van Dam
is hersteld door het terugplaatsen van de Prestant 16’ van het
Pedaal naar het Hoofdwerk. De Mixtuur van het Hoofdwerk uit 1967 is
vervangen door een nieuw exemplaar in stijl van Van Dam. Door middel
van een tweede knop kan de speler aan de Mixtuur enkele hoge koren
toevoegen die daardoor neoklassiek kleurt, zoals in 1967. Op het
Bovenwerk is de Scherp vervangen door een ‘nieuwe’ Nasard 1⅓’ en
Terts 1⅗’, samengesteld uit pijpwerk van de vulstemmen van 1967.
Door het terugschuiven van pijpwerk herkregen de Salicionaal,
Salicet en Quintfluit van het Bovenwerk hun oude karakter. De klank
van het orgel is herzien op basis van een nieuwe winddruk; de
stemmen van 1967 zijn waar nodig passend gemaakt bij de registers
van Van Dam. De Jongh Schildersbedrijf BV uit Waardenburg schilderde
het balkon, de orgelkas en ornamentiek in de originele roomwitte
kleurstelling en voorzag biezen en snijwerk van nieuwe vergulding.
Op 29 april 2021 werd het orgel opnieuw in gebruik genomen.
Resultaat renovatie 2021
(door Orgelmakers gebr. Van Vulpen te Utrecht). Adviseur: Cees van der
Poel. |
Hoofdwerk : C-g’’’
Prestant 16’
Bourdon 16’ (disc.)
Prestant 8’
Holpijp 8’
Octaaf 4’
Roerfluit 4’
Quint 2 2/3’
Octaaf 2’
Cornet III sterk (disc.)
Mixtuur (2 standen): III-IV sterk
IV-VI sterk
Trompet 8’ (bas+disc.)
Tremulant |
Bovenwerk: C-g’’’
Prestant 8’
Salicionaal 8’
Roerfluit 8’
Salicet 4’
Fluittravers 4’
Gemshoorn 2’
Quintfluit 2 2/3’
Nasard 1 1/3’
Terts 1 3/5’
Fagot 16’
Dulciaan 8’
Trompet 4’
Tremulant
|
Pedaal: C-f ‘
Subbas 16’
Octaaf 8’
Roerquint 5 1/3’
Octaaf 4’
Bazuin 16’
Trompet 8’
Klaroen 4’
|
Koppelingen:
HW + BW
Ped. + HW
Ped. + BW |
Samenstelling Mixtuur: (2 knoppen) |
C |
|
2 |
1⅓ |
1 |
(⅔) |
|
|
|
c |
|
2⅔ |
2 |
1⅓ |
(1) |
(⅔) |
(⅔) |
|
c1 |
|
4 |
2⅔ |
2 |
2 |
(1⅓) |
(1) |
|
c2 |
|
4 |
2⅔ |
2 |
2 |
(1⅓) |
(1) |
|
c3 |
|
4 |
2⅔ |
2 |
2 |
2 |
(1⅓) |
(1⅓) |
|
(De koren tussen haakjes worden ingeschakeld in met
de tweede knop. De tweede knop schakelt altijd automatisch de eerste
knop mee).
Informatie orgelbouwers "Van Dam":
De oprichter van het orgelmakersfamilie Lambertus van Dam werkte in
de werkplaats van de beroemde Groningse orgelmaker Albertus Anthoni
Hinsz. Hinsz bouwde o.a. de beroemde orgels in de Bovenkerk te
Kampen en de Martinikerk te Bolsward. Lambertus van Dam vestigde
zich in 1779 als zelfstandig orgelmaker in Leeuwarden. Het bedrijf
ging door de jaren heen over van vader op zoons. Vier generaties
"Van Dam" hebben tussen 1779 en 1926 door het gehele land ruim 250
nieuwe orgels afgeleverd
Vooral in de noordelijke provincies kregen zij veel opdrachten. Veel
"Van Dam" orgels met de herkenbare frontopbouw zijn er nog te
vinden. In 1926 trok de familie 'Van Dam' zich terug uit het
bedrijf, hetwelk kort daarop werd verkocht.
Elke zomer worden door het ‘Comité Orgelconcerten Ede’ een serie
concerten georganiseerd.
Vele prominente organisten uit binnen- en buitenland hebben reeds
met veel vreugde op dit instrument geconcerteerd. Talrijke bezoekers
van deze concerten komen tot ver uit de omtrek.